In de ENKA-wijk mag je parkeren waar je wil. Als je je auto voor je deur wil parkeren, ook al is het half op de stoep, dan doe je dat gewoon. Het maakt daarbij ook niet uit of er twintig meter verderop een parkeerplek vrij is waar je auto ook kan staan. Het gemak dient immers de automobilist en de gemeente vindt het goed. Want als de auto zo geparkeerd staat dat bijvoorbeeld mensen met een rolstoel nog tussen de auto’s en de huizen door kunnen, treedt de gemeente niet handhavend op, ook al is er dus twintig meter verderop een parkeerplak vrij. Dat niet handhaven is niet in lijn met de letter van de wet geeft de gemeente toe maar, zo stelt de gemeente, wel in lijn met de geest van de wet. Lekkere gast die geest denk ik dan, want zoveel ruimte is dat niet.
Een rolstoel is gemiddeld 55 centimeter breed. Gaan we ervan uit dat je 10 cm ruimte aan elke kant van je rolstoel aanhoudt, dan houd je 75 centimeter stoep over om tussen auto’s en huizen door te manoeuvreren. Voldoende om de geest der wet tevreden te stellen en als automobilist je gang te kunnen gaan vindt de gemeente. Voor ouders met kinderen aan de hand is die 75 centimeter echter te krap. Zij zullen tussen de auto’s door kruipen om over de weg verder te kunnen lopen. Die route is ook noodzakelijk als er fietsen voor een huis staan geparkeerd. En dan hebben we het nog niet over spelende, hollende kinderen die de krappe doorgang vermijdend tussen de geparkeerde auto’s door de weg op schieten…
Maar daar hebben we het dus wel over.
Het is namelijk heel raar, dat als je een nieuwe wijk bouwt je niet de veiligheid, zeker voor kinderen, bij de inrichting als uitgangspunt neemt maar wel heel veel parkeerruimte voor auto’s.
Dat is al helemaal raar als die nieuwe wijk vlakbij een trein- en busstation ligt.
En ook raar als die wijk tegen kwetsbare natuurgebieden aan wordt gebouwd.
Nog raarder is het dan dat ondanks een overschot aan parkeerplekken, je de vrijheid van de automobilist om te parkeren waar hij wil boven veiligheid, ook van kinderen, stelt.
Parkeert u uw auto maar op de stoep, wij doen als gemeente verder niks, die kinderen lopen wel om, is blijkbaar de boodschap. Een hele rare boodschap.
Niet zo raar is het dan als het dan toch een keer misgaat.
De ENKA-wijk had een mooie, veilige, autovrije wijk kunnen zijn, maar is in plaats daarvan een illustratie van het auto eerst beleid van de gemeente Ede. Niet alleen tweeduizend parkeerplaatsen, meer dan vijf voetbalvelden, en het ontbreken van ook maar één trapveldje, getuigen daarvan. Ook het slappe handhavingsbeleid van de gemeente laat zien dat ook dit Edese college, ondanks de belofte in het coalitieakkoord de auto niet langer centraal te stellen, de vrijheid van de automobilist belangrijker vindt dan de veiligheid en leefbaarheid in een woonwijk.
En daarom is het parkeerbeleid in de ENKA-wijk een totale mislukking.